Vrijgezel
Op zaterdagavond breng ik een Sprinter van Utrecht naar Zwolle, samen met een collega. Het is als vanouds druk; er moeten wat mensen staan en er zit een aardig luidruchtig groepje in de trein. Een ervan draagt een onesie met konijnenoren, de rest eromheen is voorzien van een blik bier en aan het niveau van het luidruchtige gesprek te horen hebben ze er daar ook al een flink aantal van op. In Nijkerk stapt de groep uit.
Met mijn collega begin ik vanaf Putten te controleren. Helemaal voorin tref ik iemand die naar de wc wil en zijn kaartje netjes laat zien. Het is een uitgeprint E-ticket. Maar waar die meestal op A4-formaat worden uitgeprint, is dit er een op A3-formaat; twee keer zo groot.
‘Jij dacht: die conducteur heeft een bril op en zal wel slechtziend zijn, laten we het ticket maar groot afdrukken?’ vraag ik hem.
‘Nou, het is voor een vrijgezellenfeest, de vrijgezel kreeg er een op A0-formaat,’ is zijn reactie, waarna hij doorloopt richting het toilet.
Vervolgens kom ik bij de oudste van de groep, die geeft me 3 E-tickets op A3-formaat.
‘Deze is voor mij,’ zegt hij erbij, ‘oh, deze is niet meegegaan en de derde is voor iemand die zijn eigen kaartje zo meteen waarschijnlijk niet kan vinden.’
‘U bent de reisleider?’ vraag ik hem.
‘Ja, het is mijn zoon die gaat trouwen, het is die in het wit,’ zegt hij er kalmpjes bij.
Daarna wandel ik de grote groep binnen. Allemaal E-tickets op A3-formaat, alles netjes voor elkaar. Alleen de vrijgezel staat er iets verloren tussen, want hij heeft geen kaartje bij de hand.
‘Ah, maar jouw kaartje heb ik al gezien. Jij bent meneer Wolf, toch?’
Twee ogen voor mij worden groot. Hij kijkt me een seconde aan en zegt dan:
‘Maar hoe weet jíj dat?!’
‘Je bent overal bekend!’ roept een van zijn vrienden.
Ze hebben allemaal duidelijk een avond met veel alcohol achter de rug, het denken gaat zo snel niet meer. Zijn naam heb ik natuurlijk afgelezen van het E-ticket dat zijn vader toonde, een trucje waar je de hele groep mee op stelten kunt zetten.
Wanneer ik ook de rest heb gecontroleerd, kijk ik heel even bij de machinist om te horen of hij het nog volhoudt.
‘Het is druk bij jullie, of niet? Hoop kabaal.’
Ik leg hem uit dat we inderdaad wat vrijgezellengroepjes in de trein hebben zitten.
‘Ja, dat ene groepje komt bij mij uit het dorp. Ik had ze al herkend, die ene heeft vorige week nog tegels gezet in mijn badkamer.’
Wanneer ik daarna mijn collega weer opzoek die in de vrijgezellengroep is blijven hangen, hoor ik de vrijgezel achter me zeggen:
‘Ik ga nog even met hem mee.’
En hij wankelt voor me langs de trein door. Maar komt terug zodra hij ziet dat ik niemand meer om een kaartje vraag.
‘Ga je de rest nog controleren?’
Hij heeft pech, we zijn net klaar. Mijn collega staat een praatje te maken met zijn vader, die de lokale tegelzetter blijkt te zijn, en hem ook al herkende.
Dat geeft de vrijgezel de tijd een praatje met mij te maken; ze hebben een leuke avond gehad, hij is goedgemutst en hij baalt er een beetje van dat de MotoGP nu zes weken zomervakantie houdt, maar nu heeft hij morgen wel een vrije zondag.
‘En dat is ook wel goed. Dan kan ik de hele dag een beetje bijkomen.’
En dat gaat hij ook wel nodig hebben ook…
In ’t Harde stapt de groep uit, licht wankelend over het perron. Ze bedanken ons voor de rit en gaan op weg naar huis. Wij vertrekken snel weer en gaan ook richting huis.
Banjo
Het is donderdagmiddag en met een Groningse conductrice loop ik het personeelsverblijf van het station in Groningen uit. Samen zullen we richting Zwolle vertrekken met de Intercity. Ik bezoek nog even het personeelstoilet en loop dan ook naar buiten. Daar tref ik de collega samen met een vrouwelijke steward van Arriva en een donkere jongen. Ik kom erbij staan en maak uit de houding van alle drie op dat hij een vraag heeft en zij die proberen op te lossen.
‘Banjum,’ hoor ik de jongen zeggen. Waarna de dames met elkaar op zoek gaan naar wat hij zou kunnen bedoelen.
De steward van Arriva zoekt al op haar telefoon in een vertaalapp, ik pak Google Maps erbij voor het geval het een plaatsje ergens in Friesland zou zijn, maar vind net als de steward niks.
‘Dan zou ik het echt niet weten,’ hoor ik mijn collega zeggen.
‘Spreek jij misschien Spaans?’ vraagt de steward me.
Dat geeft het gesprek een heel andere invalshoek; ik had niet begrepen dat de voertaal Spaans was. En dus vraag ik de jongen in het Spaans waar hij naar toe wil. Het antwoord is dat hij uit Groningen Noord komt. En hij zoekt ‘el baño’. Ik vraag hem of hij het ‘cuarto de baño’ bedoelt.
‘Si!’
‘Het toilet,’ vertaal ik naar de collega en de steward.
‘Oh, het toilet. Ja, loop maar mee,’ zegt de steward tegen de jongen en samen lopen ze richting het stationstoilet.
Weer een tevreden klant.
Vijf minuten in Rotterdam
Het is maandagavond laat en ik sta in Rotterdam op het perron naast de laatste trein naar Groningen. Het is vrij kalm, zo richting het eind van de zomervakantie en er druppelen wat reizigers het perron op. Dan komt er een drietal jongeren naar boven, twee jongens en een meisje.
‘Meneer, bent u de conducteur van deze trein? Ik heb een beetje vreemde vraag aan u. Wij zijn de hele dag op reis en moeten allerlei opdrachten uitvoeren en één ervan is dat we iets met een conducteur uit moeten wisselen en dan op de foto,’ legt een van de jongens voorzichtig uit.
‘Wilt u met mij op de foto?’
Ik knik kalmpjes en dat verbaast het groepje kennelijk.
‘Je zult die opdracht toch moeten vervullen?’ verklaar ik mijn reactie. Daar moeten ze wel om lachen.
De jongen heeft een zonnebril in zijn handen die hij me geeft.
‘En dan moet ik eigenlijk iets van u…’ zegt hij nog voorzichtiger, terwijl hij me bekijkt op zoek naar iets om uit te wisselen.
Ik trek mijn bril van mijn neus af en overhandig die aan hem. Hij zet die van mij op, ik die zonnebril van hem. De foto wordt gemaakt, de brillen weer uitgewisseld, het groepje bedankt me en stapt de trein in.
‘Chef,’ hoor ik achter me, dus ik draai me om en zie een man op me aflopen. ‘Komt hier zo de Thalys?’
Dat bevestig ik.
‘Oh mooi, dan ben ik op tijd.’
Ik snap hem nog niet helemaal, want dit is de Thalys uit Parijs, naar Amsterdam, die zal hij vast niet nodig hebben. In de verte zijn de witte frontseinen van de Thalys al te zien.
‘Echt precies op tijd,’ gaat hij door, terwijl hij naar de Thalys wijst. ‘Want je weet het: vrouwen…’
Ik schiet in de lach en snap ineens wat hij komt doen; zijn vriendin ophalen.
‘Ik heb het één keer gehad, dat ik haar op Schiphol op zou halen, maar toen had ik me verslapen. Toen heb ik haar hier in Rotterdam alsnog opgehaald, maar… Dat heb ik geweten. Dat gebeurt me niet nog een keer.’
Geweldig. De Thalys komt langs het perron binnengereden.
‘Ga maar vast bij de deur staan, jongen!’ lach ik hem ondersteunend toe.
‘Ja, je weet dat wel. Tassen dragen enzo! Is dit alleen eerste klas?’
En dus loopt hij richting de voorkant van de trein. Hij heeft geluk; de deur waar hij net langs is gelopen is de deur waar zijn vriendin, een blondine, uitstapt, dus hij is dichtbij.
Een knuffel, een kus en hij krijgt meteen de weekendtas die ze bij zich heeft overgedragen. Tijdens de knuffel heeft hij al gezien dat ik lachend toe heb staan kijken, dus hij manoeuvreert haar heel handig uit mijn richting om aan de andere kant het perron af te kunnen.
Mannen…
Conducteur Mike