Dagboek van een

conducteur

Het is zondagavond en ik sta in Almere Centrum op het perron te wachten op de laatste Sprinter van de dag naar Zwolle. Ik kijk op het bord boven het perron en zie daar staan dat de trein niet verder rijdt dan Lelystad. Oh-oh. Dus ik kijk in een van onze apps en zie dat er een aanrijding met persoon is in Dronten. Dat is niet zo mooi. Op tijd komt de trein aangereden en ik spreek even met de Zwolse machinist die erop zit. We moeten maar even zien hoe het gaat.

Wanneer we Almere Oostvaarders uit zijn gereden, word ik gebeld door de Bijsturing:
‘We wilden jullie eigenlijk vragen om terug richting Amsterdam te keren met die trein, maar we horen net dat het kennelijk meevalt in Dronten en dat een en ander acceptabel is om langs te rijden. Dus jullie kunnen door naar Zwolle.’
Dat is mooi. Dat roep ik snel even om en kort erna komen we in Lelystad aan. Daar staat het perron compleet vol met reizigers die richting Zwolle willen en door de aanrijding niet verder kwamen dan Lelystad. Ook is er het nodige aan personeel gestrand dat nog richting Zwolle en verder moet. En dus stroomt de trein vol. Op het perron loopt een koppeltje van Veiligheid&Service, waarvan ik er een redelijk goed ken.
‘Ik heb de hele hal nog vol staan met mensen die richting Zwolle willen, we horen net dat jullie doorgaan, wil je nog even wachten?’ vraagt ze. We spreken af dat ik pas vertrek zodra zij bevestigt heeft dat iedereen er is. En wanneer drie minuten later de hal leeg is en de laatste fietser naar binnen is gestapt, kunnen we weg.

Tijd voor mij om te bellen of de laatste trein naar Groningen in Zwolle kan wachten, want we komen pas na vertrektijd van die trein aan. Dat wordt uitgezocht voor me. Net voor Dronten word ik terug gebeld; de laatste trein werd omgeleid via Amersfoort en is daardoor een half uur later dan gepland, dus iedereen kan de laatste trein naar Groningen halen. Dat roep ik meteen om, dat scheelt alweer een hoop stress bij de reizigers. Vervolgens komen we langs het perron in Dronten, waar aan de andere kant van het station de aanrijdingstrein staat. Het slachtoffer is al afgevoerd naar het ziekenhuis, de trein blijft staan voor technisch onderzoek; wat is er gebeurd en waarom is het gebeurd? Is er sprake van suïcide of gaat het om iets anders? Sporen worden veiliggesteld door de politie, monteurs kijken of de trein nog veilig inzetbaar is en ProRail kijkt naar eventuele schade aan spoor en perron. Rondom wordt de trein bijgeschenen met zaklampen voor het onderzoek. Wij kunnen gelukkig snel verder.

Bij aankomst in Zwolle roep ik nog eens om waar de trein naar Groningen vertrekt, dat die een half uur later komt dan gepland en dat de reizigers voor andere bestemmingen zich kunnen melden bij het personeel. De trein stroomt leeg, een groot deel loopt richting het spoor van de trein naar Groningen. Ik loop de trein na om zeker te zijn dat niemand is blijven zitten en sluit de trein af.

Vervolgens kom ik in de tunnel, waar ruim 60 man is blijven staan. Ik begrijp uit een aantal korte gesprekjes dat er drie richtingen zijn waarin de reizigers nog willen reizen: Leeuwarden, Enschede en Arnhem. Ik vraag de groep zich op te delen en bij elkaar te gaan staan per richting, wat iedereen netjes doet. De collega’s van Veiligheid&Service zijn opgeroepen en komen erbij staan. Zij gaan zorg dragen voor de drie grote groepen en vragen mij de losse taxi’s naar andere bestemmingen te regelen. Er staat een jongen die naar Vaassen moet en zijn laatste bus gemist heeft en er blijken ook nog twee jongens te zijn die afzonderlijk van elkaar naar Emmen moeten. De twee taxi’s zijn redelijk snel geregeld, voor de grote groepen worden er drie bussen ingeschakeld om iedereen weg te krijgen. De trein naar Groningen is ondertussen aangekomen en volgelopen met de reizigers uit mijn trein en vertrekt snel om iedereen weg te brengen.

Wanneer de taxi naar Emmen is vertrokken met de twee gestrande reizigers en ik met een collega richting de parkeerplaats loop, komt de eerste bus aangereden. Een uur na aankomst van onze trein kunnen de reizigers richting Enschede al worden weggebracht, voor de rest zijn de bussen onderweg en ook ik kan naar huis.

Leeg
Vrijdagavond laat, ik ben met een collega net in Zwolle aangekomen met de laatste Intercity vanuit Roosendaal. De trein loopt leeg, de reizigers zoeken hun weg naar de laatste treinen van de dag of de uitgang. De trein zal worden afgerangeerd en om te voorkomen dat er nog iemand is blijven zitten loop ik samen met mijn collega langs de trein om te controleren of de trein echt leeg is. De rangeermachinist loopt al op het perron en vergrendelt de deuren zodra wij het voorste gedeelte van de ICM hebben bereikt. Maar als ik naar binnen kijk, zie ik er toch echt nog een zitten. En dus klop ik op het raam. Geen reactie. Dan maar bij de rangeermachinist naar binnen, die al de coupé in keek om te zien waar ik mijn aandacht op vestigde.
‘Met een hele koffer zelfs,’ hoor ik hem zeggen terwijl ik langs hem de trein in loop.

Inderdaad, in het bagagerek ligt een enorme grijze koffer. Daaronder zit een man met een petje met zijn ogen dicht en zijn mond halfopen. Bij zijn voeten heeft hij ook nog een zwarte rugzak staan. Ik spreek hem op luide toon aan, maar dat levert niks op. Een arm optillen aan de mouw wil nog wel eens wonderen doen. Geen reactie. Hmm. Ik stap even achteruit en controleer of ik zijn borstkas überhaupt wel op en neer zie gaan. Check, dat doet hij. Een keer de elektrische fluit activeren, geen resultaat. Jeetje, deze is echt ver heen. Zijn petje een stuk naar achteren schuiven dan? Helaas.

Dan de collega’s van Veiligheid&Service er maar bij halen. Ik roep ze op via de portofoon om te vragen of ze even willen assisteren. Ze beloven naar me toe te komen. Terwijl we daar op wachten spreek ik de man nog een paar keer aan, maar dat had ik net zo goed tegen zijn koffer kunnen doen. De collega staat op het perron hoofdschuddend naar binnen te kijken. Hij gebaart dat ik de elektronische fluit moet proberen, maar ook dat had ik al gedaan. Hij maakt breed lachend het internationale gebaar voor dronkaard. Inderdaad, dat kan haast niet anders.

‘Denk je nou niet: dat heb ik weer?’ vraagt de rangeermachinist aan mij wanneer hij poolshoogte komt nemen.
‘Gelukkig heb ik dit niet zo vaak. Ik heb het een keer in Almere gehad waar we er echt aan twijfelden of die reiziger nog wel leefde. V&S erbij, ambulance was al in aantocht en toen werd meneer ineens toch wakker.’
De rangeerder lacht om mijn verhaal. Hij gaat de treindienstleider inlichten dat het nog even duurt voor de trein kan vertrekken naar het rangeerterrein.

Kort erna komen de collega’s van V&S de trein binnen. Ik wil best een eind aan iemand duwen en trekken om hem of haar wakker te krijgen, maar er zijn natuurlijk grenzen. De collega’s zijn iets hardhandiger dan ik; de man wordt behoorlijk door elkaar gerammeld. En nog duurt het een halve minuut voordat hij vanuit zijn wel heel diepe slaap wakker schrikt. Maar hij wordt tenminste wakker. Ze helpen hem overeind en ik krijg de zwarte rugzak die bij zijn voeten stond overhandigd.
‘Wil jij die meenemen naar buiten?’ vraagt de collega van V&S. Hij zet het geopende blik bier dat bij de man zijn voeten stond op een tafeltje en trekt zelf de grijze koffer uit het bagagerek en sleept die naar buiten, terwijl de andere collega de man naar buiten begeleidt.

Buiten vraagt de ene V&S’er de man om zijn kaartje. Maar die heb ik onderweg al gezien, dus dat wimpel ik af. De ander vraagt waar de man naartoe wil.
‘I wait for my friend, he will pick me up,’ zegt de Poolse man die ineens helemaal wakker is.
Voor de zekerheid vraag ik de man of hij weet waar hij is.
‘Yes, I know where I am,’ is het ietwat ontwijkende antwoord.
‘Where are you?’
Hij kijkt me een seconde aan en zegt dan lachend:
‘Netherlands.’
Hij heeft de lachers op zijn hand, we staan allemaal te lachen om dat antwoord. Ik vertel hem dan maar dat we in Zwolle zijn en dat er verder geen treinen meer rijden. Dat accepteert hij. Daarna nemen we afscheid van hem.

Terwijl we de trap aflopen, vraagt mijn collega of ik de fluit ook had geprobeerd. Hij kijkt verbaasd als ik zeg dat zelfs dat niet hielp.
‘Mooie vent wel,’ hoor ik een van de collega’s van V&S achter me zeggen.
Inderdaad. Alleen iets te diep in het glaasje gekeken en iets te diep in slaap gevallen…

Overstap
Het is dinsdagavond en het is vanavond prijsschieten wat betreft verstoringen: we hebben 3 aanrijdingen op het spoor, een wisselstoring en ergens een defecte trein waaruit de reizigers kunnen kiezen. Ik fiets overal tussendoor, maar kom de gevolgen van die verstoringen wel tegen. Zo zit mijn Intercity van Zwolle naar Roosendaal het eerste stuk vol met omreizenden, omdat er bij Wierden een aanrijding is en men voor Almelo, Hengelo en Enschede met mij mee moet naar Zutphen. In Deventer komen we op een ander spoor binnen dan gebruikelijk, reizigers denken dat wij naar Zwolle gaan… Je hebt een indruk van hoe het vandaag gaat. Dus extra veel omroepen en informatie geven.

Na Zutphen is de grootste drukte eruit, iedereen die dat moest is overgestapt op de trein naar Hengelo. En dan begin ik mijn controleronde. Ik kom onder andere een Duitssprekende jongen tegen die een ticket naar Frankfurt laat zien en erbij zegt dat hij vertraging heeft gehad vanuit Groningen. Daar heeft eerder op de avond het treinverkeer stilgelegen vanwege een aanrijding. Dat bleek uiteindelijk te gaan om een hert en dus kon het treinverkeer snel weer opgestart worden, maar dat betekent wel dat je onderweg je aansluiting kunt missen. Die onthoud ik even, want volgens mij gaat hij daar per trein op dit moment niet meer komen. Een stuk verderop zit er een Syrisch stel met een slapend dochtertje dat ook richting Duitsland wil. Alles bij elkaar vier personen die er volgens mijn informatie inderdaad niet meer gaan komen. Ik beloof het drietal er op terug te komen en maak mijn controleronde af. Nog een persoon die geen kaartje heeft en er een van mij krijgt en dan ga ik een rondje bellen.

Ik heb al wat informatie en loop terug naar het Syrische stel om af te spreken dat ze in Arnhem op het perron naar mij toe komen. Daarna zoek ik de Duitssprekende jongen nog even op om er hetzelfde mee af te spreken. Niet lang daarna komen we aan in Arnhem, draag ik de trein over aan de opstappende collega en verzamel ik het viertal in de abri op het perron. Ik begrijp van de jongen dat hij naar Frankfurt moet en van het stel dat ze naar Merzig moeten. Dat moest ik eerlijk gezegd ook opzoeken, maar dat ligt in de driehoek Luxemburg-Metz-Saarbrücken, ten zuiden van Trier. Het voordeel is dat zij een reis hebben geboekt met een overstap van ruim 2 uur in Duisburg. Daar zit dan ook een mogelijkheid; met een taxi naar Duisburg en dan per trein verder. Met de medewerkerscentrale spreek ik af dat die gaan onderzoeken of er nog taxi’s verkrijgbaar zijn. Maar als er geen taxi’s beschikbaar zijn, dan wordt het mogelijk een hotelkamer voor de overnachting.

Persoonlijke tip: Gok op lange reizen niet op overstappen van een handvol minuten, neem ruimere overstappen. Dat maakt je reis (iets) langer, maar een stuk rustgevender en maakt het mogelijk eventuele vertraging onderweg op te vangen.

Ook heb ik twee collega’s van V&S geregeld, want ik moet met twintig minuten weer met een andere trein terug naar Zwolle. Ik draag het viertal aan hen over, die de procesleider perron inschakelen; als V&S een melding krijgt, moeten ze weg. De PLP kan dan bij ze blijven. Nadat ik alles heb overgedragen, neem ik afscheid van het viertal.

Een uur later bel ik nog even met de PLP om te horen wat er besloten is. Hij bevestigt dat er een taxi geregeld is voor alle vier richting Duisburg, om daar per ICE verder te gaan. Het Syrische stel tot Koblenz om daarvandaan verder naar Merzig te reizen volgens het originele reisplan, de jongen kan met die trein verder naar Frankfurt. Dat is op een ijskoude winternacht als deze een hartverwarmende oplossing!

Conducteur Mike